Vandaag (woensdag 8 juni) is door Internet Society (Isoc) uitgeroepen tot Wereld IPv6-dag, om aandacht te vragen voor de komende overschakeling op het nieuwe internetprotocol IPv6. Vandaag ook nemen veel populaire internet-bestemmingen (w.o. Google, Facebook, Yahoo!, Akamai en Limelight Networks) deel aan de grootste test ooit voor het nieuwe IPv6 protocol. Dat kan 24 uur lang gevolgen hebben voor verkeerd ingestelde computers.
Het grootste deel van het internet werkt nog met IPv4, maar het aantal internetadressen dat daarmee mogelijk is, raakt uitgeput. De laatste van de 4,3 miljard mogelijke IPv4-internetadressen zijn al aan de regionale instanties toegewezen die voor verdere distributie zorgen.
Voor Nederland is waarschijnlijk in de loop van 2012 het laatste nieuwe IPv4-adres beschikbaar. Met IPv6 zijn 340 triljard internetadressen mogelijk en kunnen we weer een tijdje vooruit.
Uit een recente meting door TNO blijkt dat het gebruik van IPv6 (websites en aansluitingen) in Nederland en Europa licht groeit, maar qua snelheid achterblijft op de snelheid waarop de adressen opraken. Om gebruik te kunnen maken van IPv6 zijn aanpassingen noodzakelijk aan software en netwerkapparatuur. Overheden en bedrijven zouden daar al mee bezig moeten zijn willen ze straks geen technische communicatieproblemen ondervinden.
De Task Force IPv6 constateert dat niet alle betrokkenen de ernst inzien van de overgang. Onbekendheid kan een oorzaak zijn, maar ook onduidelijkheid over waar het probleem ligt. Gemeenten, provincies en waterschappen besteden vaak (een groot deel van) hun automatisering uit. De Task Force wil meer samenwerking organiseren tussen leveranciers en afnemers en waarschuwen dat men niet te lang moet wachten omdat de kosten hoog zullen zijn als de nood aan de man komt. De bottleneck ligt o.a. bij de kleinere internet serviceproviders (ISP’s) waar de gemeenten vaak gebruik van maken.
Voor wat betreft de software zal bekeken moeten worden of de gebruikte applicaties met IPv6 kunnen werken en niet IPv4-afhankelijk zijn.
Bron
Voor Nederland is waarschijnlijk in de loop van 2012 het laatste nieuwe IPv4-adres beschikbaar. Met IPv6 zijn 340 triljard internetadressen mogelijk en kunnen we weer een tijdje vooruit.
Uit een recente meting door TNO blijkt dat het gebruik van IPv6 (websites en aansluitingen) in Nederland en Europa licht groeit, maar qua snelheid achterblijft op de snelheid waarop de adressen opraken. Om gebruik te kunnen maken van IPv6 zijn aanpassingen noodzakelijk aan software en netwerkapparatuur. Overheden en bedrijven zouden daar al mee bezig moeten zijn willen ze straks geen technische communicatieproblemen ondervinden.
De Task Force IPv6 constateert dat niet alle betrokkenen de ernst inzien van de overgang. Onbekendheid kan een oorzaak zijn, maar ook onduidelijkheid over waar het probleem ligt. Gemeenten, provincies en waterschappen besteden vaak (een groot deel van) hun automatisering uit. De Task Force wil meer samenwerking organiseren tussen leveranciers en afnemers en waarschuwen dat men niet te lang moet wachten omdat de kosten hoog zullen zijn als de nood aan de man komt. De bottleneck ligt o.a. bij de kleinere internet serviceproviders (ISP’s) waar de gemeenten vaak gebruik van maken.
Voor wat betreft de software zal bekeken moeten worden of de gebruikte applicaties met IPv6 kunnen werken en niet IPv4-afhankelijk zijn.
Bron